Het scheppingsverhaal in de koran en het oude testament
- Abdullah West
- Dec 16, 2022
- 3 min read
Het scheppingsverhaal is te vinden in het eerste boek van het Oude Testament, d.w.z. in de eerste hoofdstukken van Genesis. Het oudtestamentische verhaal is bijna als een verhalenboek; vandaar dat het begint met het scheppingsverhaal als het begin van het verhaal van de mensheid. De koran geeft een andere presentatie aan zijn idee en boodschap met betrekking tot het scheppingsverhaal. Het scheppingsverhaal bevindt zich op verschillende plaatsen in de Koran, zoals in Sura’ Al-Baqarah, Sura’ As-Sajdah, Sura’ Yassin enzovoort.
“Een teken voor hen is de aarde die dood is: wij geven haar leven en produceren er graan van, waarvan u eet.” (Koran, 36:33)
Er zijn ook absoluut fundamentele gegevens over het bestaan van een initiële gasvormige massa (dukhan) die uniek is en waarvan de elementen, hoewel eerst samengesmolten (ratq) later gescheiden werden (fatq).
Dit wordt uitgedrukt in Sura’ Fussilat:
“Toen keerde Hij naar de hemel toen het rook was.” (Koran, 41:11)
En hetzelfde wordt uitgedrukt in Sura’ al-Anbiya’:
“Zien de ongelovigen niet dat de hemelen en de aarde samengevoegd waren [als een eenheid van de schepping] voordat Wij ze van elkaar scheidden?” (Koran, 21:30)
Dit alles is in perfecte overeenstemming met moderne ideeën over het bestaan van primaire nevel en het proces van secundaire gebeurtenissen die de aanvankelijke unieke massa hebben gevormd; deze scheiding (bekend als de oerknal) resulteerde in de vorming van sterrenstelsels en vervolgens, wanneer deze zich splitsten, van sterren waaruit de planeten zouden worden geboren.
Al deze informatie is te onderscheiden van het scheppingsverhaal in de Bijbel in verwijzing naar de Bijbelse tekst met zijn opeenvolgende fasen die totaal onaanvaardbaar zijn. zal dit fenomeen eerst observeren, aangezien de astronomen die betrokken waren bij de observatie van het universum bestonden uit atheïsten, joden en christenen.
Met betrekking tot de schepping van Adam(P) informeert het Oude Testament ons dat God de engelen uitnodigde om samen met Hem de mens te scheppen. In feite zou God hebben gezegd:
“Laten we een man maken, iemand zoals wij …” (Genesis, 1:26)
In de Koran informeerde de Almachtige God de engelen echter dat Hij de mens zou scheppen zonder de goedkeuring van de engelen te vragen om zich bij hem aan te sluiten. En verder is er een gesprek tussen God en Zijn engelen waar de engelen zich afvroegen waarom God de mens zou willen scheppen en Hij antwoordde:
“Ik weet wat jij niet weet.” (Koran, 2:30)
Bovendien zegt het Oude Testament dat God Adam(P) schiep naar Zijn beeld of “zoals zijn Maker” (Genesis, 1:27). De koran is het in dit opzicht eens met de joodse en christelijke opvattingen (koran, 15:29), maar benadrukt ook dat Adam(P) gemaakt is van klei (Ar-Rahman: 14, Al-Hijr: 28 ). Pas later in het Oude Testament zien we dat dit wordt genoemd,
“God formeerde het lichaam van een man uit het stof van de aarde.” (Genesis, 2:7)
De Koran en de scheppingsverhalen in het Oude Testament zijn vergelijkbaar in het geval dat God Adam(P) aanwijst als Zijn vertegenwoordiger op aarde. Maar de Koran heeft deze verklaring duidelijker gemaakt dan het Oude Testament, meer nog toen God tegen Zijn engelen zei dat Hij een plaatsvervanger (kalief) op aarde wil creëren (Al-Baqarah: 30, Genesis, 1:26). Deze status veranderde niet, zelfs niet toen Adam(P) een wandaad beging, berouw toonde en ervoor werd vergeven. (Koran, 2:37). De mens is niet “gevallen” vanuit het perspectief van de Koran en daarom is het niet nodig om hem te “redden” of los te kopen. In de christelijke visie is Adams(P) wandaad echter de basis voor de doctrine van de erfzonde, het begin van de val van de mensheid in een staat van zonde, een voortvloeisel uit het geloof in een reddingsdrama dat in het verleden plaatsvond. Zie Isma’ il Raji al-Faruqi, Al Tawhid: de implicaties voor denken en leven (IIIT: 1992), pp. 70-74
Concluderend bevat het Oude Testament een verzameling literaire werken die door de eeuwen heen zijn geproduceerd door onbekende auteurs die een aanzienlijke invloed hebben gehad op de feitelijke samenstelling van de tekst.
De koranopenbaring heeft een geschiedenis die in schril contrast staat met de bijbel en werd zowel mondeling als schriftelijk bewaard tijdens het leven van de profeet Mohammed (P) zelf. Daarom vormt de koran geen enkel probleem van authenticiteit als een openbaring van God de Almachtige en dit is de reden waarom het scheppingsverhaal consistent blijft met moderne wetenschappelijke kennis.
En alleen God weet het het beste.
Comentarios