De profeet Jezus in de Edele Koran
- Abdullah West
- Dec 22, 2022
- 7 min read
Wat zegt Allah (God) over de Profeet `Iesa (Jezus) en zijn moeder Maryam (Miriam/Mary) in Zijn laatste Openbaring aan de mensheid, de Koran?
De volgende zijn geselecteerde koranverzen die gaan over ‘Iesa en Maria, moge Gods zegeningen over hen zijn:
“O mensen van het Boek! Bega geen buitensporigheden in uw religie en zeg niets anders van Allah dan de waarheid. Christus Jezus, de zoon van Maria, was (niet meer dan) een Boodschapper van Allah, en Zijn Woord, dat Hij aan Maria schonk, en een Geest die van Hem uitging: geloof dus in Allah en Zijn Boodschappers. Zeg niet “Drie-eenheid”: stop ermee: het zal beter voor je zijn: want Allah is Eén Allah: glorie zij Hem: (ver Verheven is Hij) boven het hebben van een zoon. Aan Hem behoren alle dingen in de hemelen en op aarde. En genoeg is Allah als Bepaler van zaken.” [4:171]
“En (gedenk) haar die haar kuisheid bewaakte: Wij blies Onze Geest in haar en Wij maakten haar en haar zoon tot een Teken voor alle volkeren.” [21:91]
“We gaven Mozes het Boek en volgden hem op met een opeenvolging van Boodschappers; We gaven Jezus, de zoon van Maria, Clear (Tekenen) en versterkten hem met de Heilige Geest. Is het zo dat wanneer er een Boodschapper tot u komt met wat u zelf niet wenst, u opgeblazen bent van trots? Sommigen noemden jullie bedriegers, en anderen doodden jullie!” [2:87]
“Die Boodschappers hebben Wij begiftigd met geschenken, sommigen boven anderen: tot een van hen sprak Allah; anderen verhief Hij tot graden (van eer); aan Jezus, de zoon van Maria, gaven Wij Clear (tekenen) en versterkten hem met de heilige geest. Als Allah het zo had gewild, zouden opeenvolgende generaties niet onder elkaar hebben gevochten, nadat Clear (Tekenen) tot hen was gekomen, maar zij (kozen ervoor) om te ruziën, sommigen gelovig en anderen verwerpend. Als Allah het zo had gewild, zouden ze niet met elkaar hebben gevochten; maar Allah vervult Zijn plan.” [2:253]
“Dan zal Allah zeggen: “O Jezus, de zoon van Maria! vertel Mijn gunst aan jou en aan je moeder. Zie! Ik heb u gesterkt met de heilige geest, zodat u tot de mensen sprak in uw kinderjaren en volwassenheid. Zie! Ik leerde u het Boek en de Wijsheid, de Wet en het Evangelie. En zie! je maakt met Mijn toestemming als het ware uit klei de vorm van een vogel, en je ademt erin, en het wordt een vogel met Mijn toestemming, en je geneest de blindgeborenen, en de melaatsen, met Mijn toestemming. En zie! gij brengt de doden voort met Mijn toestemming. En zie! Ik weerhield de Kinderen van Israël van (geweld jegens) jou toen je hun de Duidelijke Tekenen liet zien, en de ongelovigen onder hen zeiden: Dit is niets anders dan duidelijke magie.'” [5:110]
“En Allah zal hem het Boek en de Wijsheid, de Wet en het Evangelie leren, en (hem aanstellen) een boodschapper voor de Kinderen van Israël, (met deze boodschap): ‘Ik ben tot u gekomen, met een Teken van uw Heer, in die zin dat ik voor jullie uit klei als het ware de vorm van een vogel maak, en erin adem, en het wordt een vogel met Allah’s toestemming: en ik genees degenen die blind geboren zijn, en de melaatsen, en ik maak de doden levend , met Allah’s toestemming; en ik verkondig u wat u eet en wat u in uw huizen opslaat. Daarin is zeker een teken voor u als u gelooft; (Ik ben naar u toe gekomen), om te getuigen van de wet die voor mij was. En om voor jou een deel wettig te maken van wat (eerder) voor jou verboden was; Ik ben tot u gekomen met een Teken van uw Heer. Dus vrees Allah en gehoorzaam mij.’” [3:48-50]
“En in hun voetsporen stuurden Wij Jezus, de zoon van Maria, ter bevestiging van de Wet die vóór hem was gekomen: Wij stuurden hem het Evangelie: daarin was leiding en licht, en bevestiging van de Wet die vóór hem was gekomen: een leiding en een vermaning aan degenen die Allah vrezen.” [5:46]
“Vervloekingen werden uitgesproken over degenen onder de kinderen van Israël die het geloof verwierpen, door de tong van David en van Jezus, de zoon van Maria, omdat ze ongehoorzaam waren en volhardden in excessen.” [5:78]
“Voor Allah, Hij is mijn Heer en jouw Heer: aanbid Hem dus: dit is een rechte weg.” [43:64]
“En bedenk dat Jezus, de zoon van Maria, zei: ‘O kinderen van Israël! Ik ben de Boodschapper van Allah (gezonden) naar jou, die de Wet (die vóór mij kwam) bevestigt en de Blijde Tijding brengt van een Boodschapper die na mij zal komen, wiens naam Ahmad zal zijn.’ Maar toen hij tot hen kwam met duidelijke tekenen zij zeiden: ‘Dit is duidelijke tovenarij!’” [61:6]
“O gij die gelooft! Wees helpers van Allah: zoals Jezus, de zoon van Maria, tegen de discipelen zei: “Wie zullen mijn helpers zijn bij (het werk van) Allah?” De discipelen zeiden: “Wij zijn Allah’s helpers!” Toen geloofde een deel van de Kinderen van Israël, en een deel ongeloofde: maar Wij gaven macht aan degenen die geloofden tegen hun vijanden, en zij werden degenen die zegevierden.” [61:14]
“Dat zij zeiden (opscheppend): ‘Wij hebben Christus Jezus, de zoon van Maria, de Boodschapper van Allah, gedood’; maar ze hebben hem niet gedood, noch gekruisigd, maar zo werd het hun voorgespiegeld, en degenen die daarin van mening verschillen, zijn vol twijfels, zonder (zekere) kennis, maar alleen gissingen om te volgen, want ze hebben hem zeker gedood niet.” [4:157]
“Zie! Allah zei: “O Jezus! Ik zal u nemen en u tot Mij verheffen en u (van de onwaarheid) zuiveren van degenen die lasteren; Ik zal degenen die u volgen superieur maken aan degenen die het geloof verwerpen, tot de Dag der Opstanding: dan zult u allen tot Mij terugkeren, en Ik zal tussen u oordelen over de zaken waarover u twist.’ [3:55]
“Nee, Allah heeft hem tot Zichzelf verheven; en Allah is Verheven in Macht, Alwijs. En er is geen van de Mensen van het Boek die niet in hem moet geloven voor zijn dood; en op de Dag des Oordeels zal hij tegen hen getuigen.” [4:158-159]
“In godslastering zijn degenen die zeggen dat Allah de Christus is, de zoon van Maria. Zeg: “Wie heeft dan de minste macht tegen Allah, als het Zijn Wil zou zijn om Christus, de zoon van Maria, zijn moeder en iedereen die op aarde is te vernietigen?” Want aan Allah behoort de heerschappij over de hemelen en de aarde en alles wat daartussen is. Hij schept wat Hem behaagt. Want Allah heeft macht over alle dingen.’” [5:17]
“Zij lasteren degenen die zeggen: ‘Allah is de Christus, de zoon van Maria’. Maar Christus zei: ‘O kinderen van Israël! Aanbid Allah, mijn Heer en jouw Heer.’ Wie andere goden naast Allah plaatst, Allah zal hem de Tuin verbieden en het Vuur zal zijn verblijfplaats zijn. Er zal voor de boosdoeners niemand zijn om te helpen.” [5:72]
“Zeg: ‘O mensen van het Boek! overschrijdt in uw religie niet de grenzen (van wat gepast is), buiten de waarheid tredend, noch volgt u de ijdele verlangens van mensen die verkeerd gingen in voorbije tijden, die velen misleidden en (zichzelf) afdwaalden van de rechte Weg.’” [5:77]
“En zie! Allah zal zeggen: “O Jezus, de zoon van Maria! zei je tegen de mensen: ‘Aanbid mij en mijn moeder als goden in minachting van Allah’?” Hij zal zeggen: “Glorie voor U! nooit kon ik zeggen wat ik niet het recht had (te zeggen). Als ik zoiets had gezegd, dan had je het inderdaad geweten. U weet wat er in mijn hart is, hoewel ik niet weet wat er in het uwe is. Want Gij weet ten volle alles wat verborgen is. “Nooit heb ik iets tegen hen gezegd, behalve wat U mij beval te zeggen, namelijk: ‘Aanbid Allah, mijn Heer en uw Heer’; en ik was een getuige over hen terwijl ik bij hen verbleef; toen je me opnam, was je de bewaker over hen, en je bent een getuige van alle dingen. [5:116-117]
“Christus, de zoon van Maria, was niet meer dan een Boodschapper; velen waren de Boodschappers die voor hem stierven. Zijn moeder was een vrouw van de waarheid. Ze moesten allebei hun (dagelijkse) voedsel eten. Zie hoe Allah Zijn Tekenen aan hen duidelijk maakt; maar kijk eens op welke manieren ze van de waarheid worden weggelokt!” [5:75]
“Hij was niet meer dan een dienaar: Wij verleenden hem Onze gunst en Wij maakten hem tot een voorbeeld voor de Kinderen van Israël.” [43:59]
“Toen, in hun kielzog, volgden Wij hen op met (anderen van) Onze Boodschappers: Wij stuurden Jezus, de zoon van Maria, achter hen aan en schonken hem het Evangelie; en Wij hebben in de harten van degenen die hem volgden mededogen en barmhartigheid voorgeschreven, maar het kloosterleven dat zij voor zichzelf hebben uitgevonden, hebben Wij hun niet voorgeschreven: (Wij bevalen) alleen het zoeken naar het Welbehagen van Allah; maar dat ze niet koesterden zoals ze hadden moeten doen. Toch schonken Wij degenen onder hen die geloofden hun (gepaste) beloning, maar velen van hen zijn opstandige overtreders.” [57:27]
“Dat zij het geloof verwierpen; dat ze tegen Maria een ernstige valse beschuldiging uitten; [4:156]
“En Maria, de dochter van ‘Imran, die haar kuisheid bewaakte; en Wij ademden in (haar lichaam) van Onze geest; en zij getuigde van de waarheid van de woorden van haar Heer en van zijn Openbaringen, en was een van de vrome (dienaren).” [66:12]
“Zeg: “Wij geloven in Allah, en de openbaring die aan ons is gegeven, en aan Abraham, Ismail, Isaac, Jacob en de stammen, en die aan Mozes en Jezus is gegeven, en die aan (alle) profeten van hun Heer: wij maken geen verschil tussen de een en de ander: en wij buigen voor Allah (in de islam).”” [2:136]
“Zie! de engelen zeiden: “O Maria! Allah geeft u blijde tijding van een Woord van Hem: zijn naam zal Christus Jezus zijn. De zoon van Maria, in ere gehouden in deze wereld en het Hiernamaals en van (het gezelschap van) degenen die het dichtst bij Allah staan;” [3:45]
“Wij hebben u inspiratie gezonden, zoals Wij het naar Noach en de Boodschappers na hem stuurden: Wij stuurden inspiratie naar Abraham, Isma’il, Isaac, Jacob en de stammen, naar Jezus, Job, Jona, Aaron en Salomo, en aan David gaven Wij de Psalmen.” [4:163]
“Hij zei: “Ik ben inderdaad een dienaar van Allah: Hij heeft me een openbaring gegeven en een profeet van me gemaakt; ‘En Hij heeft mij gezegend waar ik ook ben, en heeft mij gebed en naastenliefde opgelegd zolang ik leef: ‘(Hij) heeft mij vriendelijk gemaakt voor mijn moeder, en niet aanmatigend of ellendig; “Dus Vrede zij met mij op de dag dat ik werd geboren, de dag dat ik sterf en de dag dat ik (opnieuw) tot leven zal worden gewekt!” Zo (was) Jezus, de zoon van Maria: (het is) een verklaring van Waarheid, waarover zij (tevergeefs) twisten.” [19:30-34]
De Almachtige God openbaarde aan Mohammed, in de Koran, de waarheid over Al-Maseeh (Messias) `Iesa Ibnu Maryam (Jezus, de Zoon van Maria)(P). De koran erkent het messiasschap van ‘Iesa(P) en Gods wonder van zijn maagdelijke geboorte als een teken voor de Israëlieten om die Joden terug te brengen die van het rechte pad van God waren afgeweken, de “verloren schapen van Israël” zoals verklaard door Jezus(P).
Comentarios